In haar puberteit had regisseur Saskia Diesing (1972) een vriendje met blauw haar, en een verlamde vader die dood wilde. Zijn zelfmoordpogingen mislukten echter, euthanasie was toen nog strafbaar. De discrepantie tussen een tienermeisje, dat net haar levenslust ontdekt en haar vader, die zijn levenslust volledig is kwijtgeraakt, vormen de kernthema’s van Diesings speelfilmdebuut Nena, geïnspireerd op haar jeugd.
Voor de opnames van de Duits-Nederlandse coproductie ging Diesing – zelf half Duits- niet alleen terug naar haar geboortestreek Oost-Groningen maar ook terug in de tijd, naar 1989. Het jaar waarin ze eindexamen deed, haar maagdelijkheid verloor en in Berlijn de muur viel. De tijd van The Pixies, de alomtegenwoordige walkman en de zure regen. Hoofdpersoon is de 16-jarige Nena (Abbey Hoes), wier verlamde vader Martin (Uwe Ochsenknecht) zich tevergeefs van het leven probeert te beroven. Terwijl Martin steeds verder aftakelt, wordt Nena voor het eerst hevig verliefd op Carlo (Gijs Blom).
„Ik wilde een film maken die de kijker een bepaalde troost en relativering biedt ondanks de tragische gebeurtenissen”, zegt Diesing. „Vroeger heb ik mijn jeugd altijd vooral gezien als een goed verhaal, met een zieke vader die zelfmoord wil plegen. Inmiddels ben ik op een punt waarop ik denk: hoe heeft me dat gevormd als mens? Wat heeft het met me gedaan? Vanuit die vragen wilde ik een verhaal vertellen waarin mensen zich misschien kunnen herkennen.”
U bent in 1996 als filmmaker afgestudeerd. Uw speelfilmdebuut heeft een tijd op zich laten wachten. Waarom was dit het juiste moment?
„Dat was geen bewuste keuze. Bij een eerder filmplan kwam op het laatste moment de subsidie niet rond. Meteen daarna ben ik aan het scenario voor Nena begonnen – in twee nachten tijd schreef ik de synopsis. De film is dus eigenlijk ontstaan vanuit woede en frustratie, toen werden mijn ideeën ook ineens heel persoonlijk.”
....
Original